Ode aan een boom
Er stond een grote boom op Here Bugu. Hij gaf veel schaduw en het was er goed toeven. Hij had twee leuke, afgeknotte zijstammen aan de voet, net een tafeltje en een stoeltje. De plek waar de boom stond voelde goed en als je er zat leek het of je opgenomen werd in de boom, met een heerlijk uitzicht over de omgeving.
Tijdens de regenperiode van september vorig jaar, met de enorme stormen, werd hij geveld. In zijn val raakte hij één van de waterkranen die afgesloten moest worden. Met zijn grote, knoestige stam en zijn takken vol met stekels en bladeren lag hij daar, de reus,terwijl zijn ontblootte wortels een hulpeloos gebaar hemelopwaarts maakten, zo kwetsbaar en aandoenlijk. De boom nam veel plaats in beslag maar we lieten hem liggen en de takken gingen voorzichtig door met leven.
Toen ontdekten we dat zich onder de warrige massa een slangenfamilie had gevestigd. Geen gewone slangen zoals we hier veel zien, maar de zwarte cobra, één van de gevaarlijksten. Ze vallen aan en spugen in de ogen van hun tegenstander. Hun beet is dodelijk.
Sedou haalde er een marabout uit de Dogon bij, een fetisjeur. Die brouwde van droge slangenhuiden en andere ( geheime) zaken een “medicijn” dat uitgestrooid werd en hij verzekerde ons dat de slangen zouden vertrekken, om niet meer terug te keren.
Inmiddels is de boom aan stukken gezaagd door mannen met een enorme motorzaag. De mooie plakken worden gebruikt om de toekomstige kinderspeelplaats te omcirkelen. We hebben nog één keer een hele grote cobra gevonden. Hij lag opgerold en dood op de plek waar de boom eens stond.
Ze horen er allemaal bij......
’s Morgens sta ik voor zessen op want van 6 tot uiterlijk 10 uur zijn de temperaturen prettig, hoewel deze periode steeds korter wordt. Boven de 40 a 45 graden zoals het de rest van de dag is, raken de hersens beneveld en wordt het moeilijker om echt actief te zijn, hoewel we de afgelopen maand desondanks heel veel werk verzet hebben.
Ik wilde graag een deel van het huis, dat nog steeds grijs cement was, een vrolijk kleurtje geven. Verf gekocht, ladder geleend en aan de slag. Zeer ongebruikelijk dat een vrouw, en dan nog wel de patron, in oude kleren de kwast hanteert en op een ladder staat.
Al gauw was er veel belangstelling en ik moest elke ochtend hard doorwerken voordat de zon te heet werd. Het duurde niet lang of iedereen kreeg de smaak te pakken. Sali klom met kwast en kind op de rug op de ladder, Sedou mengde kleurtjes en begon leuke randjes te schilderen, de kinderen kregen ook een hoekje en Idrissa die alles zwijgend gadesloeg smeerde om ons te verrassen op een onbewaakt ogenblik het ijzeren hek in met een pot witte latexverf. Eenmaal goed op gang voorzag Sedou de cementen trap naar het dak van een witte laag en nam alles wat hij onderweg tegenkwam op de trap, plantenpotten, kandelaars, asbak en bezem, ook mee in zijn ijver, hetgeen een bizar effect gaf. Vol trots liet hij me het resultaat zien. “Het wordt het huis van een koningin” zei hij stralend Een week lang waren we elke ochtend vanaf zes uur in de weer terwijl de werklui bezig waren met het bewateren van het land, een dagvullende taak in deze tijd van het jaar.
De mooie, smetteloze muren en de vrolijk randjes nodigden me uit tot verdere actie en ik besloot alle namen van vrienden donateurs, stichtingen en fondsen die financieel helpen, op de muur te schilderen. Velen kwamen kijken om mijn werk gade te slaan. “Dit zijn de mensen die het mogelijk maken dat we hier ons werk kunnen doen” vertelde ik, “allemaal geven ze iets van hun geld dat ze verdient hebben aan ons”.
Moeizaam lezend werden de namen door hun gespeld en uitgesproken.Steeds kwamen ze terug met weer andere vrienden om het te tonen en er met elkaar over te praten. Het ontroerd me om te zien hoe trots ze allemaal op Here Bugu zijn en dat de “namenactie” door hun heel serieus genomen wordt. Sedou zei: ” nu wonen al die mensen ook een beetje op Here Bugu”.
Donnez moi un fusil
De Fransen zijn lekker bezig in West Afrika, in hun voormalige koloniën. Voor Mali resulteert dat in een dramatische daling van het toerisme, door het negatief reisadvies dat ook door de andere ambassades wordt overgenomen. Maandenlang worden er waarschuwingen afgegeven maar afgelopen maand was wel de limit. Er zijn bijna geen Fransen meer te bekennen in Mali. In Mopti zijn er nog 7 waaronder een franse vriendin van mij met een hotel. Bovendien zijn er zwaar bewapende Franse militairen in het militaire kamp van Mopti. Nadat twee weken geleden de Fransen, waarschijnlijk zelf, een geënsceneerde en onschuldige actie uitvoerden in de richting van een franse hoteleigenaar in Mopti, sloegen ze daarna groot alarm. "Mopti was levensgevaarlijk, de terroristen bereidden zogenaamd nog in april een kidnapping voor van 4 blanken." Aanwezige Fransen werden persoonlijk opgebeld. Ook mijn vriendin, die al 20 jaar in Mali woont, raakte even in paniek.
Het opzettelijk verspreiden van boodschappen die mensen bang maken is een prachtige manier om mensen te manipuleren, een land te ontwrichten en te zorgen dat de boel hier in 2012, als er verkiezingen zijn, op zijn kop staat zodat er een legitieme reden is om te interveniëren en de boel weer onder Europese controle te krijgen.
Ik sprak er natuurlijk ook met Sedou, de gardien, over omdat er op de televisie over gesproken wordt en niemand snapt waarom dit Mali aangedaan wordt.
De volgende dag kwam hij enigszins geëmotioneerd naar me toe en zei: “ Yvonne, je moet een geweer voor me kopen. Alle gardiens hebben een geweer, en ik ben de enige gardien zonder geweer, niemand neemt me serieus”. Na een lang gesprek zijn we tot de conclusie gekomen dat een geweer niet past op Here Bugu en ook niet opgewassen is tegen een terrorist met een kalaschnikof. Maar in het geval er zo’n terrorist hier verschijnt hij meer kans maakt met zijn katapult. Als hij een klein vinkje uit de boom kan schieten met een steentje uit zijn katapult dan kan hij een terrorist uitschakelen door in zijn oog, en daarna in zijn kruis te schieten. Onderwerp gesloten, ...... dacht ik.
Een televisie van een terrorist
We zien allemaal op tegen mijn vertrek naar Nederland. Komende maanden is het zogenaamde “ dode seizoen”, te heet, te droog om veel te doen. De openlucht bioscoop op zaterdagavond zal niet plaatsvinden om afleiding te geven, Here Bugu slaapt in afwachting van de verlossende regen in juli. ’s Avonds als de generator aan gaat kijkt de familie met de omringende Peulen naar een kleine zwart/wit televisie die Sedou lang geleden gekocht heeft. Het beeld geeft geen contouren meer en sneeuwt voornamelijk, het geluid is snerpend. Hoewel ik zeer voorzichtig ben met het geven van cadeaus (donnez moi un cadeau) besloot ik voor mijn vertrek een nieuwe Here Bugu tv aan te schaffen en gelukkig was windmolen Piet, die hier een cursus geeft, bereid voor de helft aan de kosten mee te doen. Baba kocht de tv, een echte Samsung, en ik organiseerde in het geheim een speurtocht met briefjes over het hele terrein voor iedereen. Gister was het zover. Het liep echter, zoals alles hier, anders dan ik had verwacht.
Sedou werd opgebeld door de chef van het busstation van Mopti dat er een belangrijke brief voor hem was aangekomen (die ik daar met instructies had achter gelaten). In de grote enveloppe zat een officieel uitziende brief aan hem gericht van de Vereniging voor samenwerking tussen Toebabs (blanken) en Farafines ( zwarten). Hij vertok op de brommer en bleef heel lang weg. Toen hij terugkwam zag ik geen envelop maar hij werd vergezeld door zijn vriend uit het leger met een tijdschrift onder zijn arm waar, naar later bleek, de brief inzat. Toen namelijk op het busstation de brief aan Sedou werd overhandigd was hij in paniek geraakt. Nog nooit had hij een brief ontvangen, laat staan in zo’n grote envelop en dan ook nog zonder afzender. Dit zou wel eens van een terrorist kunnen zijn, dacht hij naar aanleiding van alle berichten. Hij weigerde de envelop maar de man van de bus wist hem te overreden. "Het was toch zijn naam die erop stond en hij was toch de gardien van Here Bugu, het stond allemaal op de envelop". Sedou belde ten einde raad zijn vriend in het leger die spoorslags op zijn brommer kwam aangereden en ze besloten de brief te verstoppen in een tijdschrift en zo mee te nemen naar Here Bugu. Samen kwamen ze aan en gingen onder een boom stilletjes zitten overleggen. Ze besloten dat de brief niet opengemaakt zou worden. Sedou zou eerst al zijn vrienden en familie bellen om te vragen of ze iets gestuurd hadden en morgen zou hij de brief aan Baba overhandigen. Ik moest er buiten blijven voor de veiligheid. Omdat het over een uur donker werd besloot ik in te grijpen en vroeg waarom hij naar Mopti moest. Aarzelend werd de brief uit het tijdschrift gehaald en voorzichtig om en om gedraaid. “Open maken” zei ik, we moeten weten wat er in zit. Sedou dronk de ene liter water na de andere om zijn zenuwen te bedaren en de militair opende omslachtig de envelop en vond de brief plus een sleutel. Woord voor woord werd de inhoud gespeld, waarin stond dat hij met alle bewoners van Here Bugu de deur moest vinden waar de sleutel op paste en de rest zou vanzelf volgen. Het kostte me veel overredingskracht om de boel in beweging te krijgen en Sedou, op van de zenuwen, kondigde aan dat hij met Tjakko ging wandelen. " Je moet hier blijven" zei ik streng onwetend over de angsten die hij uitstond. De kinderen begonnen het wel leuk te vinden en renden voorop. Sedou probeerde nog de groep verspreid te houden in verband met een mogelijke terrorischtische aanval maar volgde toch schoorvoetend met zijn vriend. En zo liepen we over Here Bugu en overal vonden ze brieven. In het magazijn, in een papajaboom, aan de staart van het paard, in een zeepdoos en tenslotte werd de logeerkamer geopend waar de televisie stond. Het duurde even maar toen ontlaadde de spanning zich in een uitzinnig gejoel en gedans van de hele familie. Sedou stond te trillen op zijn benen en vertelde me het hele verhaal. De verantwoording voor
" zijn patron" was hem bijna teveel geworden. De televisie staat nu op een tafeltje voor het huis op volle geluidsterkte tot de generator uitgaat en de sterren aan de hemel het beeld weer overnemen.
met de nieuwe supersonische heggenschaar die Piet heeft meegebracht wordt de heg geschoren
bij de tweede put zijn ze de 10 meter genaderd, met de hand en een pikhouweel en een schep
tijdens de drukke periodes, kookcursussen voor 25 vrouwen van dialangou, windmolengroep van 10 personen met piet en zijn vriendin Isabel en de 3 puttengravers, wordt de keuken bemand door een kookploeg
Tjakka gaat vele malen per dag afkoelen in de visvijver
Moussa bezig met het maken van de tassen
de tas
het broertje van de Kanari. gekregen van Stichting Katalysator, gevuld met de oude wijze Bella uit Dialangou
de vaste arbeiders Idrissa en Oumar tussen de uien
Laja, de jongen van de buren die nu bij ons werkt, speelt
de rondom Baba's
Piet nam een vlieger mee
de windmolencursus
de oefeningen voordat het werk begint