donderdag 1 juli 2010

Tjakko de hond, Iejoor de ezel en de besnijdenis der kinderen

Tjakko,
De weg naar Here Bugu is een moddergoot vol met plassen water in diepe kuilen en glibberige klei. De grote gele kanarie, mijn werkezel, ploetert er elke dag trouw doorheen. Het is steeds weer spannend. Halen we het of blijf ik steken en wordt mijn rijkunst op de proef gesteld. Welke pook moet ook al weer in welke stand om hem eruit te trekken.

Gewoonlijk ga ik in mijn eentje op pad maar de laatste tijd neem ik Sedou mee omdat het niet plezierig is onderweg alleen te stranden. Onderweg kletsen we heel wat af hoewel het niet altijd duidelijk is of we het over hetzelfde hebben. Eén van de onderwerpen is Tjakko de hond, nu 10 maanden en volgens Sedou nog steeds in zijn kindertijd, waardoor hij hem al zijn jonge hondenstreken al bij voorbaat vergeeft.
In tegenstelling tot normale Malinese honden eet Tjakko niet alles wat de pot schaft. Bakken rijst of gierst raakt hij niet aan evenmin als uit Bamako meegebrachte hondenbrokken. Dus geef ik Sedou elke week geld waarmee hij op de markt een zak vlees haalt. Zoals een gemiddelde Malinese man betaamt, houdt Sedou zich nooit met het huishouden van zijn gezin bezig; het koken op een vuurtje of houtfornuisje in ronde ketels laat hij aan zijn vrouw en kinderen over. Maar stralend komt hij met de zak vlees bij mij in de keuken, bindt een schort voor, zet de grote koekenpan op het gascomfort, snijdt een ui fijn en braadt het vlees daarin, waarna hij er nog wat kruiden overheen gooit. Vervolgens schikt hij het resultaat van zijn kookprestaties op een platte roestvrijstalen schaal, er gaat een theedoek overheen en hij klimt op een gammele ladder naar de dakrand om het geheel door de zon te laten drogen buiten het bereik van Tjakko, die het hele gebeuren tevreden gadeslaat.



Maar dat is nog niet alles. Elke avond komt één van de kinderen wat geld halen om een liter verse melk bij de koeherder te halen want........ ’s morgens en ’s avonds krijgt Tjakko een halve liter melk. Dat is goed voor de ontwikkeling van zijn botten en zijn vacht volgens Sedou. En, het moet gezegd, Tjakko is een prachtige, energieke en speelse hond en de trots van Here Bugu.
Onderweg in de auto rekende ik aan Sedou voor, hoeveel geld Tjakko op deze manier per maand kost en dat het in geen verhouding staat tot de karige pot van zijn gezin. Sedou wilde er helemaal niets van weten, Tjakko is zijn lieveling, zijn trots en compagnon in het bedrijf, en hij verdient de beste behandeling.

Baba mag ondertussen van dit alles niets weten, hij houdt niet van honden en al helemaal niet van Tjakko. Volgens Baba moet Tjakko aan de ketting en behandel ik hem teveel als een goede vriend. Zijn prominente aanwezigheid aan mijn zijde stoort hem. Tjakko houdt dan ook gepaste afstand van Baba wanneer hij er is en laat, om zijn respect te tonen, in ieder geval zijn schoenen met rust als hij aan het bidden is.

Iejoor, de ezel
De vredige stemming op Here Bugu werd wreed verstoord toen onze ezel hevig bloedend uit diepe wonden aan weerszijden van zijn achterhand het terrein op kwam strompelen. Ezels zijn geen lieverdjes en kunnen elkaar in heftige gevechten erg beschadigen door te bijten en te slaan met hun achterpoten. Maar deze verwondingen waren duidelijk door een mens aangebracht met, zoals later bleek, een landbouwpikkel.
Met zijn neus over de grond rende Sedou, briesend van woede, achter de sporen aan van de ezelhoeven op de zandweg, tot de plaats van delict waar het bloedbad had plaatsgevonden. Sporen van een ezelkar met ezel, hoefafdrukken van onze ezel, voetafdrukken van plastic sandalen. bloed alom, de kar vervolgd zijn weg naar een huisje en de bandensporen van een fiets de andere kant op. Sedou had zijn verhaal rond: het is de gardien van de kippenboerderij, hij is er vandoor op zijn fiets, zijn vrouw en kinderen zitten binnen te bibberen. Het is geen Peul, geen Dogon, geen Bozo maar een Burkinabe ( iemand uit Burkina Faso), die ons heeft aangevallen, een crimineel. Scheldend liep Sedou over het pad omgeven door vrouw met baby en kinderen met angstige gezichten en alle omgevende Peulen die zwijgend de ezel kwamen bekijken. Oorlog hing in de lucht.

Met moeite kon ik Sedou de auto inkrijgen om de dierenarts uit Sevare op te halen, ditmaal hard rijdend door de plassen en de modder. De dierenarts kwam en gaf de ezel antibiotica met een spuit zo groot als een babyfles en bespoot de wonden met een paarse spray zodat de ezel er uit kwam te zien als een ezel op een schilderij van Dali.” Je moet die man meenemen naar de politie” zei de dierenarts, “hij moet zwaar gestraft worden”.



De volgende dag bezochten Sedou en Baba de dader die trillend toegaf te hebben gehandeld in een vlaag van woede omdat onze ezel zijn ezel steeds belaagde op het zandpad. En...hij wist niet dat het onze ezel was!!! Vervolgens kwamen Sedou, Baba, de dader en zijn vriend, die meekwam om te pleiten voor de goedhartigheid van zijn vriend, op mijn terras zitten. “ Kom er bij zitten” zei Baba, “ hij wil je om vergeving vragen en zijn spijt aanbieden”. Ik voelde me gemanoeuvreerd in de positie van de blanke patron die minzaam moet vergeven en daar had ik helemaal geen zin in, maar wat dan wel. De man lag dubbelgevouwen aan mijn knieën en prevelde zijn spijt. Als arme dagloner kon hij niet voor de kosten opdraaien.


Baba sprak op me in: “ we moeten voorkomen dat dit escaleert, als je hem meeneemt naar de politie dan dwing je de omgeving te kiezen voor hem of voor jou, dat moeten we voorkomen”. Ik begreep, maar vroeg me vertwijfeld af wat hier de beste reactie was. En ik werd geholpen, Terwijl ik de mannen bekeek moest ik ineens denken aan een film over de eerste jaren van Nelson Mandela als president van Zuid Afrika waarin hij zijn voormalige vijanden betrekt in zijn entourage. “ Ik heb een voorstel” zei ik. Er is iets heel ernstigs gebeurt maar we moeten zorgen dat er iets goeds uit voortkomt. Je gaat praten met alle mannen die hier in de omgeving wonen en nodigt ze uit voor een vergadering hier op Here Bugu op 10 juli. Op die vergadering mag iedereen zijn woordje doen en praten we over de ontwikkeling van dit gebied. Die vergadering gaan we 1 maal per maand doen en jij gaat dat organiseren.”. Het werd algemeen als een goed voorstel beschouwt en de bijeenkomst werd opgeheven. Drie dagen later kwam de man ’s avonds het terrein opsluipen en gaf Sedou twee kippen voor mij als boetedoening. Vandaag heb ik met Baba de kippen teruggebracht. Het bleek dat hij de opdracht erg moeilijk vond. Maar hij heeft beloofd dat het voor elkaar komt.Wordt vervolgd!



Straf
In Djennee liep ik de dag na de gebeurtenis met de ezel over de grote markt aan de voet van de Moskee.
Naast me ontstond een enorm tumult en een jongen van een jaar of tien werd voortgesleept aan een sjaal die om zijn nek was gebonden. door een woedende vrouw. Daaromheen vechtende, trekkende en schreeuwende mensen, zowel mannen als vrouwen. Even buiten de kraampjes begon de vrouw tot mijn ontzetting het koord om de nek van de jongen aan te draaien. De jongen raakte buiten westen en zakte in elkaar. Op dat moment werd de vrouw door mannen vastgehouden en het koord losgemaakt waardoor hij weer bij kennis kwam. Ik was geschokt door het gebeuren en in het huis van de familie van Baba deed ik mijn verhaal. Baba en zijn oom Sekou, bewaarder van de grote moskee van Djennee, keken me rustig aan en zeiden: “ die jongen had gestolen, dat moet bestraft worden”.

de jongen bevindt zich in het midden, ik durfde niet dichterbij te komen

Besnijdenis
We waren in Djennee om Pappa van 4 en Aluigi van 9, zoontjes van Baba, naar de oorspronkelijke grand famille te brengen die daar woont. Het grote feest der besnijdenis zou daar plaatsvinden. De jongetjes komen in een grote groep bij elkaar en worden door een arts ( onder verdoving) aan de lopende band besneden. Daarna krijgen ze een blauwe jurk aan en lopen ze dagenlang met een houten rammelaar door de stad om kond te doen van hun nieuw verworven mannelijkheid. Baba kan niet tegen bloed en pijn van zijn eigen kinderen dus de kinderen blijven 2 weken in Djenee tot alles achter de rug is. Vandaag zijn Kaziem en kleine Baba van Sedou ook besneden maar dan hier op de hof. De hangar was omgetoverd tot operatiezaal en Christian, die ons steeds terzijde staat bij medische zaken, voerde het uit. Een klinische handeling met verdoving en schone instrumenten. De besnijdenis van de meisjes van Sedou kwam meteen ook ter sprake. Lami en Oumu zijn al besneden maar Anta zal dit bespaard blijven. “Die tijd hebben we gehad “ zei Sedou en zijn vrouw Sali is het er schoorvoetend mee eens.


de hangar, omgetoverd tot operatiezaaltje

Crises
De afstand tussen de twee werelden waarin de Malinees leeft is misschien wel het grootste probleem waarmee ik hier steeds te maken heb. Met één been staan ze in de wereld van het westen die door televisie, telefoon, computer en goed bedoelende toeristen ongenadig en ongedifferentieerd komt binnendenderen. Met het andere been staan ze verankerd in een oeroude traditie die hun sociale en economische regels bepaald en deel van hun wezen is. Baba springt behendig tussen beide culturen heen en weer. Binnen onze samenwerking zoekt hij naar nieuwe vormen, thuis in de grand famille is hij de bewaarder van de oude tradities. Maar soms loopt het door elkaar heen en dan kost het aardig wat incasseringsvermogen van ons beiden om de brug te slaan. Musbaba, de muzikant die mee was naar Nederland en een stuk jonger is, wordt heen en weer geslingerd tussen zijn verbondenheid met beide werelden en raakt soms in grote verwarring.
In de eerste kennismaking met de mensen hier dringt dit probleem nog niet tot je door. Pas wanneer je langer met elkaar optrekt krijg je zicht op de communicatiekloof die er is doordat je uit verschillende waarden en normenpatronen denkt voelt en handelt. Van beide kanten vraagt het bereidheid en openheid om naar jezelf te kijken en af te tasten wie je bent en waarop je je oordeel baseert. En de bereidheid om te accepteren dat je elkaar niet begrijpt maar wel respecteert en van elkaar houdt.
Misschien is dàt wel de grootste uitdaging in de samenwerking met Afrika.


Musbaba in het Bimhuis Amsterdam


Musbaba met Philip Kroonenberg
Er zijn opnames gemaakt van hun samenspel. Daar komt een cd van, als die uit is laat ik weten waar die te koop is.

Here Bugu en de voortgang van het werk
We zitten in " la saison mort", het dode seizoen. Het is vochtig en verlammend heet afgewisseld met enorme stormen en wolkbreuken met bliksem en donder.. Ik had en heb grote moeite met de overgang na Nederland. Kleine lichamelijke ongemakken worden hier meteen groot. Een wondje aan mijn voet dreigt uit de hand te lopen,mijn koelkast is bezweken en iedereen is mat en tam. Toch vordert het werk. Dankzij een grote bijdrage van een recyccling winkel in 's Gravenzande beginnen we met de bouw van een gebouwtje met drie afdelingen, een houtatelier, metaalatelier en een ruimte voor handvaardigheid. Deze laatste wordt waarschijnlijk een leerbewerklaats. Er wordt nog steeds hard gewerkt aan de omheining om ons te behoeden voor grazend vee van de buren. Er zijn allerlei plannen.en daarvan hou ik jullie op de hoogte.
liefs uit Mali, Yvonne

storm op Here Bugu



cement en ijzer worden gebracht door een tractor, de vrachtauto kan hier door de modder niet komen