zaterdag 15 december 2012

het "Here Bugu Schapenconflict"

Boerin in Afrika
Toen we twee jaar geleden op Here Bugu begonnen hamerde ik er bij Baba voortdurend op dat we ook zelf moesten gaan verdienen. Op een dag kwam hij met het plan schapen te kopen. Want schapen vermeerderen zich vanzelf, je geeft ze wat te eten en je verkoopt ze voor een hogere prijs. Logisch leek me. Eigenlijk vind ik geiten leuker, een stuk intelligenter ook, maar vooruit we gaan beginnen met schapen. Ik zei hem wel dat ik er geen verstand van had, ben in mijn jeugd wat dieren betreft niet verder gekomen dan de kinderboerderij van Artis, maar dat het me een goed plan leek. Baba verzekerde me dat de beste kwaliteit schaap diegenen waren met een platte kop, grote oren en grote ballen.


Met zijn vriend Alaissan, kleermaker van beroep maar in zijn vrije tijd schapenkenner, bezochten we verschillende veemarkten waar ik een studie begon in schapeballen totdat Baba me met afgewend hoofd gegeneerd vroeg daarmee op te houden omdat het teveel in de gaten liep. We reden ook nog helemaal naar een veemarkt van de Toeareg bij Douentza om er daar achter te komen dat het die dag kamelendag was.
Maar uiteindelijk hadden we er dan toch vijf (overigens zien schapen er in Mali uit als bij ons geiten, ze hebben geen wol) en ze liepen vrolijk rond op Here Bugu. Achteraf gezien was het de start van Here Bugu als boerderij en van mij als boerin. Inmiddels ben ik door het schapenavontuur meer door de wol geverfd dan toen ik begon maar daarover later.


het onderhoud
De schapen bleken dol op alle jonge boompjes en groente uit de moestuin en aten sneller dan wij konden planten. Verder aten ze ook alle zwarte rondslingerende plastic zakken op waardoor Here Bugu netjes opgeruimd werd maar ze zelf om de beurt op sterven na dood door hun poten zakten van de maagpijn. Verder bleken ze elke week ingezeept te moeten worden met huishoudzeep om ze te ontdoen van teken en ander ongedierte.


Ze moesten regelmatig gevaccineerd worden en ontwormd. Toen de moestuinen na lang gedoe eindelijk omheind waren en wij van onze verse sla konden genieten bleken de schapen ineens wandelende karkassen. Totaal ondervoed, hoewel Baba bij hoog en laag volhield dat ze zo mager waren omdat er teveel gepaard werd:
“Dat is heel vermoeiend voor de rammen” zei hij bloedserieus, “daar worden ze zo mager van”. Ik keek naar zijn ranke gestalte en vroeg of dat bij Malinese mannen ook zo was. Hij antwoordde dat dat iets gecompliceerder lag.

geen eten, dan maar de boom in

eindelijk voer

de kudde
Maar goed, na een jaar hadden we, na een paar miskramen, eindelijk een scharminkelig lammetje. Desondanks bood onze "kudde" nogal een zielige aanblik waar ik, wonende op Here Bugu, dagelijks mee werd geconfronteerd.


En zo ontstond zoetjesaan tussen Baba en mij het “HERE BUGU SCHAPENCONFLICT “.

Elke dag wachtte ik Baba op om hem te vertellen welk drama zich nu weer had voltrokken en rekende ik hem voor hoeveel het allemaal wel niet kostte, hoe hij dacht dat we dat moesten betalen, dat hij helemaal niets van schapen wist, dat ik de hele dag maar tegen die zielige schapen moest aankijken terwijl ik al niet van schapen hield, dat als alle projecten zo verliepen we wel op konden houden, dat hij niet snapte hoe je een project moet runnen enz.


Baba verweet mij dat ik als een echte Europeaan altijd maar aan geld dacht, dat ik niet kon leven met de realiteit van de dag, dat ik niet snapte dat elk project zijn tijd nodig heeft en dat Allah alles voorbestemd heeft, dat ik me niet kon aanpassen aan de Malinese leefwijze, dat ik hem als man zijnde niet respecteerde, wat ik wel hoor te doen omdat ik als vrouw zijnde uit de rib van de man gemaakt ben en dus ondergeschikt, dat ik overal een probleem van maakte zelfs als er geen probleem was enz.

Mouton
Uiteindelijk werd het franse woord voor schaap, “mouton” op Here Bugu, plaats van vrede, door de medewerkers nog slechts fluisterend uitgesproken en al helemaal niet in onze aanwezigheid.
Er moest iets gebeuren.

De dood
Dus op een ochtend zat ik klaar met mijn financieel schapenjaaroverzicht en zei ferm dat ik besloten had om de schapen te verkopen. Baba keek heel ongelukkig en aangedaan. Hij zuchtte diep en zei: “maar we hebben de schapen nooit genomen om er geld mee te verdienen”.

"Adem in, adem uit" zei ik tegen mezelf

“Elke Malinees die het zich kan veroorloven heeft één of meer schapen”, vervolgde Baba zacht. “Want elke nacht doolt de dood rond tussen de mensen om zijn slachtoffers uit te zoeken. Als hij bij je langs komt en het is nog niet je tijd dan offert een schaap zich op en tref je hem ’s morgens dood aan. Schapen zijn offerdieren. Jij bent heel kostbaar voor Here Bugu, daarom zijn onze schapen belangrijk, belangrijker dan geld. Als ik dat van te voren verteld had dan had je dat niet begrepen en hadden we geen schapen gehad”.

Einde verhaal?
Nee! Door het voortslepende HERE BUGU SCHAPENCONFLICT waarin al mijn frustratie over samenwerking met Malinesen zat opgesloten was ik emotioneel behoorlijk uit balans geraakt.
Dezelfde avond, werd ik ziek. Bij het extreme klimaat in Mali merk je direct de sterke invloed die emoties op je lichaam hebben. Ik kreeg hoge koorts en lag de hele nacht ijlend te woelen in bed. De volgende ochtend was de koorts gezakt en net toen ik uitgeput genoot van de eerste slokjes water kwam Sedou mijn kamer binnenstormen.
“Yvonne, het grote moederschaap is dood”. Alhamdelalai, Allah is groot, Dieu merci, je bent gered”.

een businessplan
Toen ik hersteld was maakten Baba en ik een "Here Bugu schapenplan". De schapen werden geoormerkt en tijdelijk met een herder meegegeven. Intussen bouwden we op Here Bugu een stal voor de schapen, de ezel en het paard die ’s nachts graag gezelschap hebben. We namen een abonnement op de dierenarts die nu elke week langskomt en hun gezondheid controleert. De knecht Mamadou is verantwoordelijk en in het magazijn ligt een voorraad voer.
Inmiddels zijn er zeven schapen en verschillende lammetjes op komst. De grote “magere” ram hebben we van zijn taak ontheven. Hij is geofferd voor het Tabaksi feest afgelopen maand.


de moraal
Met Malinesen samenwerken vraagt geduld, vertrouwen en vooral de bereidheid om de effectiviteit en opbrengst van een project langs een andere meetlat te leggen dan de onze, namelijk langs een Afrikaanse meetlat.

vrede

dinsdag 11 december 2012

Sjors en Sjimmie


Toen ik nog les gaf op Hogeschool Helicon in voordrachtskunst en stemgebruik deed ik wel eens de volgende oefening met studenten. Gedurende 15 minuten loop je door de ruimte. Daarbij raak je voorwerpen aan of wijst ze aan en geeft ze hardop een andere naam. Tegen een tafel zeg je bijvoorbeeld: dit is een bloem. Tegen een lamp: dit is een fiets enzovoort. Je moet het goed overtuigd doen. Na 15 minuten of wat langer sluit je even je ogen en dan kijk je rond.
dit is een bloem
Voor een kort moment zie je de wereld als nieuw, helder, fris  en met scherpe contouren.
Wat er gebeurt is, is dat je het begrip even losgekoppeld hebt van het voorwerp en daardoor onbelast waarneemt. Je bent als het ware voor een kort moment weer nieuw op de wereld en onbevangen.

Ik ontdekte dat het geen ongevaarlijke oefening is. Enkele studenten raakten totaal de kluts kwijt. Wanneer je  gevoel van welbevinden in hoge mate gekoppeld is aan begrip en voorstelling en in veel mindere mate aan waarneming en contact met je eigen lichaam kun je door deze oefening nogal gedesorienteerd raken.

Het begint in de kindertijd bij het leren van een taal. Impliciet wordt je wereldbeeld gevormd door de woorden waarmee de dingen benoemd worden. Het is een verschil of je bloem zegt tegen een bloem, of fleur, blume, flower of fileri. Of je boom zegt, arbre of tree tegen bomen. Of je tegen een vlinder papillon zegt of firifirini. Of je "ik" zegt of "I".  Dik of belebelebela.

Naast de taal zijn de vele beelden waarmee je volgestopt wordt. Met welke beelden zijn wij opgegroeid en met welke beelden de kinderen van nu? Zit er schoonheid in of cynisme, werkelijkheid of karikatuur. Mogen we zelf de wereld inkleuren of worden we voorgeprogrammeerd?

In dit kader realiseerde ik mij de plaatjes over zwarte mensen uit mijn jeugd. Ik was verslingerd aan Sjors en Sjimmie en Kuifje. (Donald Duck mocht ik om de een of andere reden niet lezen). Wel de volkenkundige boeken van mijn vader over negers met houten bordjes in hun onderlip en botjes door hun neus.


Sjors en Sjimmie


Kuifje in Aftika

Later kwamen daar andere beelden bij: slavenhandel, kolonisatie en ontwikkelingshulp.


een slavenschip op weg naar Nederland


Ook Malinezen hebben zo hun beelden van "blanken" die diep in het bewustzijn verankerd zijn. Ze zijn rijk, ze hebben macht, ze weten alles beter en hebben altijd gelijk, ze huilen snel, hebben altijd haast, ze zijn schrikachtig en respectloos om maar een paar noemen.



Voor ontwikkeling is nodig dat je bereid bent  om " je wikkel eraf te halen", te ont wikkelen. De wikkel waarin je ingepakt zit en die de bril is geworden waar doorheen je naar de wereld kijkt los te durven laten.

Als je kippig bent en je bril afzet is eerst alles wazig. En heel langzaam ga je nieuwe contouren onderscheiden, nieuwe kleuren en nuances zien. 
Voor ontwikkeling  moet ik bereid zijn mijn oordelen over het leven los te laten, mijn oordelen over mezelf en over anderen te laten vallen. En ervoor zorgen dat ik me niet meteen vastklamp aan nieuwe.

Op Here Bugu  is elke keer opnieuw de vraag aan de orde:  wat verstaan wij, samen, onder ontwikkeling en niet wat is het westerse/ malinese  plaatje van  ontwikkeling.
En, dat moet ik erbij zeggen: we doen ons best maar het is niet makkelijk.

Vaak wordt ons de vraag gesteld hoeveel mensen er betrokken zijn, hoeveel putten geslagen, gebouwen gebouwd, kinderen op school. We tellen en meten regelmatig, In ieder geval meer dan duizend mensen, meer dan 7 gebouwen, 2 putten, meer dan 40 kinderen op school. We tellen de inkomsten en de uitgaven, we meten de opbrengsten.

Tellen en meten zijn belangrijke instrumenten om een beeld te krijgen. Maar om "ontwikkeling" te meten heb je andere instrumenten nodig. Kippige ogen, vertrouwen, een helder hoofd, een liefdevol hart.........

In voorbereiding op het  Kerstfeest  dat ik hier vaak alleen gevierd heb, heb ik mezelf de laatste jaren  oprecht de vraag durven stellen wat ik nodig heb voor een Kerstgevoel, voor een mooi Kerstfeest.
Ik herinner me nogal wat Kerstfeesten waarbij ik van te voren zo hard bezig was met "op wikkelen" dat op het moment supreme" de "ont wikkeling" niet wilde komen.

Wat hebben we nodig om een Kerstfeest een  Kerstfeest te laten zijn?

Wat hebben we nodig om gelukkig te zijn?

Kanaga  uit de Dogon. De echte betekenis van het woord Kanaga ligt bij de Hogon, de spriritueel leider in de Dogon, en er zijn verschillende uitleggen.
Volgens Sedou zegt de eerste:dit is mijn territorium
                       zegt de tweede: het leven is zacht
                          zegt de derde: we doen alles samen. 
Ik wens iedereen, overal, in welke omstandigheid dan ook,  een mooie voorbereiding
op de Kerst toe en vrede in je hart.
We danken  iedereen die meehelpt Here Bugu te realiseren en mensen nieuwe kansen te geven uit de grond van ons hart.
yvonne